Door Jonas Lembrechts en Sara Vicca
Onze biodiversiteit gaat achteruit, en die achteruitgang gaat sneller dan ooit in de geschiedenis van de mensheid. Deze ongemakkelijke waarheid gaat hand in hand met de ongeziene risico’s van de klimaatverandering. Het klimaat en de biodiversiteitscrisis zijn met elkaar verweven, en de bewustwording van deze crises en hun verband is een kritische stap naar maatregelen om beide op te lossen. Terwijl de klimaatcrisis vaak aan bod komt in de media, heeft de biodiversiteitscrisis tot nu toe veel minder aandacht gekregen, misschien omdat ze op dit moment nog minder zichtbaar is voor het grote publiek.
Biodiversiteit, zijnde de som van de diversiteit binnen en tussen soorten en ecosystemen, is van levensbelang voor onze levenskwaliteit. Die belangrijke rol ervan is niet altijd direct zichtbaar, maar het moge duidelijk zijn dat onze hele samenleving is gebouwd op de goederen en diensten die onze planeet ons bieden: van het voedsel dat we eten, over het hout in onze kachels tot de medicatie die ons leven langer en gezonder maakt. Maar hoewel er meer voedsel, energie en materialen dan ooit tevoren aan de natuur worden onttrokken om onze manier van leven in stand te houden, exploiteren we die reserves van onze planeet steeds meer op een niet-duurzame manier, waardoor de mogelijkheden om deze goederen in de toekomst te leveren afnemen.
Deze schrijnende toestand van onze biodiversiteit is het directe gevolg van ongeziene ‘global changes’die de afgelopen 50 jaar in een stroomversnelling zijn geraakt. Eerst en vooral: we hebben de manier waarop we ons land en onze zeeën gebruiken veranderd. Omschakeling van ongestoorde natuurgebieden naar landbouw, de aanleg van steden, wegen en kunstmatige waterwegen, het kappen van bossen en het opdrogen van moerassen: elk van deze acties vreet aan de beschikbare habitat of leefruimte voor onze biodiversiteit. Bovendien brengt onze directe exploitatie van dieren en planten, voor voedsel, medicijnen, brandstof of plezier, de toch al kwetsbare soorten nog meer in gevaar. Vervolgens zijn er de gevolgen van de klimaatverandering en de vervuiling, die langzaam maar zeker de geschiktheid van de resterende woongebieden voor veel inheemse soorten verminderen. Als laatste is er de invasie door uitheemse soorten. Die laatste zijn een selecte groep van soorten die zijn aangepast aan de bovengenoemde global changes, die de inheemse diversiteit over de hele wereld verdringen (denk aan ratten die de eieren van zeldzame vogelsoorten op afgelegen eilanden eten, en ze zo tot uitsterven drijven). Deze vijf hoofdverantwoordelijken voor de achteruitgang van de biodiversiteit zijn op hun beurt het gevolg van een reeks onderliggende oorzaken en zijn verweven met andere factoren zoals productie- en consumptiepatronen, de dynamiek van de wereldbevolking en de wereldhandel.
Zoals gezegd heeft de klimaatverandering een negatief effect op de biodiversiteit en daarom is het vermijden van gevaarlijke klimaatveranderingen een van de noodzakelijke stappen om het verlies aan biodiversiteit een halt toe te roepen. Aan de andere kant vormt de biodiversiteitscrisis een belangrijke hindernis voor de beperking van en aanpassing aan de klimaatverandering. De aantasting van ecosystemen en het verlies aan biodiversiteit worden vaak in verband gebracht met de uitstoot van CO2. Naarmate de biodiversiteit afneemt, neemt ook de weerstand en de veerkracht van ecosystemen tegen klimaatveranderingen af, onder meer door een grotere gevoeligheid voor plagen en ziekteverwekkers. Deze koppeling maakt dat het behoud van de biodiversiteit ook ons klimaat in de kaarten speelt.
Overal ter wereld komen mensen op straat om klimaatmaatregelen te eisen. Ook de wereldwijde actie om de achteruitgang van de biodiversiteit een halt toe te roepen, neemt toe. Zo zijn er de zogenaamde Aichi Biodiversity Targets en de Agenda voor duurzame ontwikkeling voor 2030, die duidelijke en haalbare doelen stellen om te redden wat er nog over is van de ecosystemen van onze wereld: het stoppen van ontbossing, bijvoorbeeld, en het beschermen van graslanden en moerassen. Die doelstellingen streven naar een duurzamer landbeheer en zoeken naar een stop op de conversie van natuurlijke ecosystemen. We zijn echter nog ver verwijderd van het bereiken van deze doelstellingen en de steeds toenemende niet-duurzame productie en consumptie vormt een steeds grotere bedreiging voor het milieu.
Het is mogelijk om een samenleving op te bouwen die de natuur behoudt, herstelt en duurzaam gebruikt. En wat nog beter is, de noodzakelijke transformatieve verandering kan het bereiken van andere wereldwijde maatschappelijke doelen ook vergemakkelijken. Oplossingen die gericht zijn op de bescherming van de biodiversiteit komen inderdaad ook vaak het klimaat ten goede en verbeteren tegelijkertijd ook ons eigen leven. Zo zorgt bescherming en herstel van overstromingsgebieden niet alleen voor een grote variatie aan planten en dieren, maar slaan diezelfde moerassen ook aanzienlijke hoeveelheden koolstof op, en kunnen ze onze steden beschermen tegen stormweer. De weg naar succes zal niet gemakkelijk zijn; het vereist aanpassingen in de manier waarop we onze samenleving organiseren, en dit zal bijna onvermijdelijk op weerstand stuiten. Als die obstakels echter worden overwonnen, kan een gezamenlijke inspanning met de inheemse bevolking en de lokale gemeenschappen, investeringen en innovaties uit de publieke en private sector en inclusief en adaptief bestuur op alle niveaus samen helpen om de samenleving te transformeren en duurzaamheid te bereiken.
Actie is nodig. Dringend.
Meer informatie is beschikbaar op https://ipbes.net, de website van the Intergovernmental Panel for Biodiversity and Ecosystem Services, en op https://www.ipcc.ch/srccl/, waar het speciale IPCC-rapport over klimaatverandering en land (gepubliceerd in 2019) te vinden is.